De roerende voorheffing op intresten stijgt van 15 % naar 21 %, behalve op spaarboekjes. Daar blijft de vrijstelling en voor alles daarboven geldt het tarief van 15 %.
Wie meer dan 20.000 euro roerende inkomsten ontvangt, zal daarboven nog 4 % moeten afstaan, behalve op het spaarboekje en op inkomsten die al belast zijn tegen 25 % (dividenden van aandelen).
Alleen vennootschappen moeten een meerwaardebelasting betalen op aandelen die minder dan een jaar in bezit zijn geweest. De belasting bedraagt 25 %.
Het fiscale voordeel van een bedrijfswagen vermindert fors. Er wordt een voordeel in natura aangerekend dat berekend wordt op basis van de cataloguswaarde en de CO2-uitstoot. Het voordeel bedraagt minstens 1.200 euro per jaar (bedrag wordt geïndexeerd). Bovendien zijn een aantal kosten van het voertuig maar gedeeltelijk aftrekbaar bij de eigenaar van de wagen en wordt een deel van de kosten bij de verworpen uitgaven gevoegd.
Belastingverminderingen voor energiebesparende maatregelen verdwijnen vanaf aanslagjaar 2013 (inkomsten 2012). Alleen uitgaven voor dakisolatie blijven fiscaal aftrekbaar, maar de belastingbesparing ervan wordt verminderd.
Groene leningen moeten goedgekeurd zijn voor 1 januari 2012.
De voordelen voor het gratis beschikbaar stellen van verwarming en elektriciteit worden hoger gewaardeerd. Voor verwarming moet 1.820 euro aangerekend worden (was 1.480 euro) en voor elektriciteit wordt dat 910 euro (was 740 euro).
Wie gratis een woning ter beschikking krijgt, wordt ook zwaarder belast. De multiplicatorcoëfficient waarmee de 100/60e van het geïndexeerde KI wordt vermenigvuldigd stijgt naar 3,8 (was 2) voor gebouwen met een KI van meer dan 745 euro.
Gestorte bijdragen voor het aanvullend pensioen zullen maar fiscaal aftrekbaar zijn als ze recht geven op een aanvullend pensioen dat, bij het wettelijk pensioen gevoegd, het niveau van het hoogste overheidspensioen niet overschrijdt.
Volgens de Pensioendienst van de Overheid (PDOS) mag geen enkel pensioen (met inbegrip van bonificaties, supplementen, complementen) meer bedragen dan 46.882,74 euro per jaar (absoluut maximum). Dat jaarbedrag komt overeen met 6.040,06 euro bruto per maand tegen de huidige index (1,5460 - eind mei 2011).
De belastingvermindering op de tweede en derde pijler bedraagt vanaf 2012 nog 30 % voor alle belastingplichtigen, ongeacht hun inkomen.
Het opvragen van het kapitaal voor de leeftijd van 65 jaar wordt fiscaal duurder gemaakt. Wie zijn pensioenkapitaal opgebouwd in de tweede pijler opvraagt op 60 jaar zal 20 % belasting betalen, 18 % voor opvraging op 61 jaar en 16,50 % tussen 62 en 64 jaar. Voor opvraging vanaf 65 jaar blijft het tarief 10 %.
|